Een schitterende dag beleefd te Roeselare: de Crosscup. Niet zozeer omwille van de "grote namen" of Veerle Dejaeghere. Maar om te gaan supporteren voor het opkomend talent in eigen familie: Milà en Hasse Geldhof, mijn kleinkinderen. Gepakt en gelaarsd trokken we er naartoe. Wij: papa Renaat, mama Nele en duivel-doet-al, Neas. En ikzelf, gewapend met een fototoestel, dat ik, als het om bewegende beelden gaat, nog altijd niet onder de knie heb. Ik kan dus amper fotografisch bewijzen dat mijn kleinkinderen inderdaad in het veld gelopen hebben: de beelden van de wedstrijd zijn "gebougeerd". Sorry. Maar toch hoop ik dat je toch te sfeer kunt proeven van een mooie namiddag. De inzet van mijn kleindochters was roerend, het eten in de VIP-ruimte voortreffelijk en de bewondering van onze atleetjes voor Veerle Dejaeghere oprecht. En zo zijn we toch een beetje voor Veerle naar Roeselare getogen.
Foto
De toekomst van de Vlaamse atletiek (allé, dat hopen wij), zusterlijk verenigd
Foto
Is dat geen discrimatie ? Doping Control, uitgezonderd diensten en personeel ?
Foto
De jongste VIP controleert zijn armbandje
Foto
Veerle: ze heeft wel niet de cross gewonnen, maar wél het hart van mijn kleinkinderen
Foto
Milà ziet het helemaal zitten !
Foto
Toch eens controleren of alles nog goed vastzit...

Foto
Hasse geniet van haar prijs, een flesje prik
Foto
Zelfs tijdens de maaltijd kan de jongste VIP zijn artistieke gevoelens niet onderdrukken
Foto
Alledrie supporteren voor hun clubgenoten van AVR
 
Foto
Jan Victoor gaat met pensioen. Het klinkt onwennig en raar. Jan, onze cultuurfunctionaris, leek een man van alle tijden, ijzersterk en niet te plooien. Ik mocht veel met hem samenwerken, vroeger meer dan in de laatste jaren. De herinneringen borrelen op: aan ons eerste lang gesprek, -in "den Olifant" of all places- onze nachelijke conversaties in de Ieperse cafés, onze gemeenschappelijke dromen en plannen, onze uitstapjes met Walter naar Club Brugge, onze vakanties in de Provence, onze bewogen trips naar Armentières met de fameuze "Franse muntjes", ...
"De twee Jans": het was in de tachtiger jaren een begrip in de Ieperse gelag- en andere zalen. We zouden de wereld veranderen. Het mlooie is: Jan hééft dat ook gedaan. HIj heeft cultureel Ieper wakker geschud. Zijn verdiensten zijn enorm. Zijn inzet zette onze stad op de culturele kaart en het was -op zijn afscheidsreceptie- mooi om horen hoe hij jaren geleden in contact kwam met Boogie Boy (de legendarische Paul Ambach) en hoe daaruit een vriendschap is gegroeid, die voor de stad erg vruchtbaar bleek. Zo had hij met vele artiesten, impresario's en concertorganisatoren een goed contact. Het had ook met vertrouwen te maken.  Vriendschap  is altijd erg belangrijk geweest voor Jan. Niet met grote verklaringen, maar met kleine gebaren, een oogopslag, een glimlach.
Jan was zijn tijd vooruit. Een visionair mens, noemen ze dat. Hij was het, die als eerste de troeven van de Lakenhalle als centrum van cultureel leven onderkende. Hij was het, die met gebrekkige middelen grote dingen heeft gerealiseerd. Het ging niet zonder slag of stoot. Hij heeft veel gevloekt als hij weer eens tegen een muur van onbegrip op moest klimmen. En hij dronk soms een pint of twee om zijn frustraties af te werken. Maar telkens weer raapte hij zijn moed weer samen en deed verder. Telkens weer bracht hij zijn droom dichterbij.
Het zal niet zo lang duren, vooraleer duidelijk wirdt -voor zover dat nu al niet het geval is- wat Jan voor deze stad heeft betekend. De lokale geschiedenisboeken zullen niet omheen zijn verdiensten kunnen kijken.
Voor mij persoonlijk was hij -zelfs als we elkaar al lang niet meer gezien hadden- een vriend waar je graag mee babbelde. Tussen ons klikte het en het is alleen spijtig dat de laatste tijd het contact wat minder frequent was. Je kent dat wel: iedereen is met zijn eigen sores bezig en al maak je mooie voornemens, het komt er zo moeilijk van.
Maar nu de dwang er niet meer is om naar het Perron te trekken, hoop ik dat we tijd hebben om 's weer de herinneringen aan vroeger op te halen, om 's samen te aperitieven, om Walter ne keer te gaan bezoeken (hij zou er deugd aan beleven)... Het is eigen aan het pensioen, Jan, dat plots hiervoor tijd vrijkomt. Maak er een mooie tijd van. Ja maat, de andere Jan.

 
Foto
Eén week na de verkiezingen: de straten krijgen weer hun gewoon uitzicht, zonder lachende kandidaten aan de vensters, zonder flyerende fans, zonder overvolle brievenbussen… De tijd van nadenken is aangebroken. “Reflectie” heet dat met een duur woord. En ook de tijd van  het analyseren van de uitslagen, de coalitievormingen en de soms bedenkelijke spelletjes van aantrekking en afstoting, de afrekeningen en het vereffenen van oude schulden, ...en ook de commentaarartikelen. 

In de Krant van West-Vlaanderen, blz. 18, heeft DS zelfs eventjes een bedenking geformuleerd over mijn eigen verkiezingsuitslag: “Het is ook vreemd dat iemand als Jan Breyne zijn functie van voormalig stadssecretaris niet nog meer kon verzilveren. Uiteraard is 807 voorkeurstemmen niet slecht voor een eerste deelname, maar met zijn voorgeschiedenis mocht het iets meer zijn. Het is dan ook misschien veelzeggend dat hij sedert 10 oktober
niets meer geschreven heeft op zijn persoonlijke blog (www.janbreyne.be). Of zoeken wij weer spijkers op laag water ?”
(einde citaat)

Nee, beste DS –of mag ik Stefaan zeggen ?-, je zoekt geen spijkers op laag water, en je hebt gelijk: er is geen woord verschenen op mijn website sedert de aangehaalde datum. En het is waar dat ik eventjes  heb moeten slikken met deze uitslag: enerzijds ben ik tevreden dat ik bij de verkozenen ben, anderzijds had ik na een intense campagne –niet alleen voor mezelf, maar alleszins voor degenen, die zich zwaar voor mij hebben ingezet- ietske meer verwacht. 
 
“The week after”heb ik dan ook gebruikt om even na te denken, alles op een rijtje te zetten, de kleinkinderen wat meer aandacht te geven, eens
goed uit te waaien en mijn aloude hobby's weer wat intenser op te nemen, nl. in de natuur wandelen en boeken lezen. Ik ben trouwens aan een schitterend boek bezig: "Reizen zonder John" van Geert Mak. Een ongelooflijke kroniek van de Verenigde Staten, een absolute aanrader, maar dit terzijde Tokkelen op de computer was er voor één keer niet bij. 
 
Ik heb verleden week alles kunnen relativeren: tenslotte ben ik 807 stemmen vooruit gegaan en ben ik van de 28ste naar de 20steplaats op de lijst opgeklommen. Niet iedereen kan dergelijk rapport voorleggen. Als je ’t zo bekijkt is die uitslag nog zo slecht niet (jaja, in het relativeren ben ik altijd goed geweest) . 
 
En wat betekent mijn “kleine tegenslag” bij de grote slagen, die elders worden uitgevochten: de gore coalitiespelletjes in bv. Bilzen, Kortrijk, Wervik of Kruibeke, het verdriet van hij of zij, die gisteren nog triomfeerde en vandaag in zak en as zit, de gebroken eer van wie burgemeester was en binnenkort naar de oppositiebanken wordt verwezen ? 

Ik heb altijd gezegd dat ik een lloyale ploegspeler ben. Dan kan ik niet anders dan gelukkig zijn dat de ploeg, waarin ik speel, twee zetels gewonnen heeft en met een ruime volstrekte meerderheid onze stad in de volgende zes jaar door alle stormen, ook de meest woelige, zal loodsen. Er is een college in de maak, die goede dingen laat verhopen. Nieuwe raadsleden geven hun aandachtspunten in de krant en ze popelen allemaal om eraan te beginnen Ik ben er één van, fier en tevreden dat ik erbij mag zijn. 

En dan zullen wij de raad volgen uit de laatste alinea van de kroniek van mijn neef Pieter-Jan op dezelfde bladzijde in de Krant van West-Vlaanderen: “Wie er ook burgemeester wordt, beoordeel en veroordeel hem of haar op inhoud, op realisaties en resultaten, op verzilverde kansen en verkwanselde opportuniteiten”.  Ik had het niet beter kunnen zeggen.
 
Bedankt, beste Stefaan, door jou suggestie heb ik mijn blog weer met een artikeltje “verrijkt” en ik ben van plan om dit in de toekomst nog meer te doen. Maar gezien we niet meer in verkiezingsmodus zijn, zal dat misschien
  niet meer zo frequent gebeuren. Ik zal je wel verwittigen, beste vriend. 



 
Foto
D Day is in zicht ! Volgende zondag gaan we met zijn allen naar de stembus. Wie ernstig campagne heeft gevoerd zal een zucht slaken. Het was de eerste keer dat ik campagne voer, en ik heb er een bewondering aan overgehouden voor die kandidaten, die nu al voor de zoveelste keer in de arena treden. Telkens weer de batterijen opladen, het is niet aan iedereen gegeven. Ik heb al eens gezegd dat ik diegenen waardeer, die nog de moed hebben om zich in  de politiek te wagen. De publieke waardering is soms ver te zoeken en voor de poen moet zo een kandidaat-gemeenteraadslid het ook al niet doen.  

Wie campagne voert riskeert geconfronteerd te worden met minachting, onverschilligheid en soms ook vijandigheid. En toch vriendelijk blijven, het is en blijft een kunst in de beheersing. Het is zo gemakkelijk om op de beleidsvoerders te fulmineren, om hautain te verkondigen dat het allemaal zakkenvullers zijn en om luid te oreren dat ze niét gaan stemmen. Ze vergeten dat zoveel onderdrukte volkeren in het verleden gevochten hebben om op een democraische wijze te mogen en te kunnen stemmen. Hier is dat een vanzelfsprekendheid, maar daarom niet minder waardevol: de mogelijkheid om te kiezen, om je stem te laten horen, is één van de voornaamste hoekstenen van onze democratie. Gebruik dat recht, waarde twijfelaars !

Ik wens alle kandidaten op alle lijsten dan ook veel succes toe, maar uiteraard het meest aan de kandidaten op de lijst waarop ook mijn naam staat. Zondag valt het verdict en ik hoop dat het resultaat voor allen de verwachtingen mag overtreffen. Ook voor mezelf vanzelfsprekend, op die 28ste plaats op de lijst. En volgende week ben ik niet meer nummer 28, maar gewoon weer... Jan.

 
Foto
Heb je het ook gelezen ? In het krantje, dat de Ieperse fractie van het Vlaams Belang in de bussen heeft gestopt, word ik eventjes "opgevoerd" in een artikeltje met de titel "Verjonging en vernieuwing ?". Ik word wel niet bij naam genoemd, maar als men het heeft over de "gepensioneerde stadssecretaris" en broer van de "gepensioneerde gouverneur", dan zijn er niet te veel kandidaten op de lijst, die aan dat profiel voldoen.
Ik wel dus. Je hoeft nu niet direct naar je vuilnisbak te lopen om dit stukje proza op te snorren en weer glad te strijken. Ik wil voor je de relevante passages wel citeren.

Het was wel even slikken toen daar iets over mijn plaats op de lijst te lezen stond en nu citeer ik: "De gepensioneerde stadssecretaris (...) is kandidaat voor deze verkiezingen. Niet als lijstduwer of symboolkandidaat (...). Maar HOOG OP DE LIJST met uitgesproken ambitie...". Je leest het goed: Hoog op de lijst, zo staat het. Ik heb nog even de kartellijst geraadpleegd en waarempel: ik stond nog altijd op de 28ste plaats. Nu is 28 een respectabel getal, maar ook een getal dat het Vlaams Belang op zijn lijst zelfs niet haalt. Ze komt maar aan 25, maar dit terzijde. Ofwel heeft de schrijver van het artikel ongelukkigerwijze zijn lijstje ondersteboven gehouden en dan sta ik inderdaad hoog op de lijst. Ofwel heeft hij/zij wat gefoeterd met de waarheid om zijn punt te maken, namelijk bewijzen dat "verjonging en vernieuwing" bij de kartellijst loze begrippen zijn (quod non !).

Als je over dergelijke zaken een punt wil maken, is het altijd goed om in het eigen hart te kijken, beste Belangers. Als je het woord "vernieuwing" uitspreekt, dan zou je best zélf het voorbeeld geven. Maar wie de vier eerste plaatsen van de VB-lijst bekijkt moet de vernieuwing ver zoeken. Zijn dit niet toevallig allevier de uittredende gemeenteraadsleden. Vernieuwing ?

En ook als ze over "verjonging" praten, kunnen de mensen van het Belang eerst even in eigen huis verjongen. Ik heb er het rekenmachien bijgehaald (een oude gewoonte zeker, van één van mijn vroegere "leuke benoemingen" (sic)) en ik kwam tot de vaststelling dat de gemiddelde leeftijd bij de kartellijst 46,2 jaar is en bij het Belang 48,6 jaar. Geen zee van verschil, akkoord, maar dan toch voldoende om niet te veel de les te gaan spellen bij een ander, hé. De verjonging zal er bij het Blok waarschijnlijk komen van de vier kandidaten van boven dan 70 jaar, ongetwijfeld allevier respectabele mensen, maar niet bepaald de jeugd, die voor de aflossing zal zorgen. 

Kortom, het artikel rammelt aan alle kanten. Het weze wel duidelijk: ik heb inderdaad ambitie om er nog eens voluit voor te gaan. Maar ik laat het aan de kiezer om de weg te wijzen hoe hoog die ambitie mag reiken. Dat is toch de essentie van verkiezingen, nietwaar. Ambitie om iets voor je stad te doen is geen kwalijk ding, hé. Er zouden er meer moeten zijn, die nog de stap naar de politiek willen zetten, die zich nog willen inzetten voor de gemeenschap, waarin men leeft. Het aantal kandidaten op uw lijst, beste Vlaams Belang, bewijst dat het niet gemakkelijk is om voldoende mensen met inzet te vinden. Zullen we dan nog wat  fulmineren op degenen, die wél de stap wagen.

In je laatste zin vraag je je af: "Zal dat de man zijn, die voor de nieuwe inzichten zal zorgen". Mag ik je het volgende vertellen ? Juist 50 jaar geleden zat er in Rome een stokoude paus, van wie men zich vertwijfeld afvroeg of dat de man zou zijn die voor de nieuwe inzichten zou zorgen. Hij heeft het concilie bijeengeroepen en een frisse revolutie doorheen de kerk gejaagd. Hij werd de meest progressieve paus van de laatste 100 jaar. Zijn naam was Jan, Jan de 23ste.

Ik heet ook Jan en ik sta op de 28ste plaats, onthou het goed: de 28ste plaats. En ik heb ambitie, inzet en de vaste wil om, als ik van de kiezer de kans krijg, voor nieuwe inzichten te zorgen. Ik hoop van u hetzelfde, beste Blokkers.


 
Bekwaam; Bekend. Betrouwbaar... Het is de slogan van mijn folder. Klinkt misschien wat pretentieus, maar daarom zijn we ook in verkiezingsmodus. En het is aan de kiezer, aan jou, om zondag te oordelen of deze slogan juist is. Ik kan alleen met foto's uit mijn archief de slogan proberen kracht bij te zetten...
Foto
Met dochter Nele: een sterk team !
Foto
bij mijn afscheid als stadssecretaris kreeg ik een staande ovatie van het talrijke publiek
Foto
Vier broers, mooi op een rij... en twee ervan met lint van de Orde van het Manneken in de Mane. Van "oud" naar "jong": Paul, Pierre, Jan, Toon.
Foto
met de ambassadeur van Australië aan de Menenpoort. Internationale contacten zijn voor Ieper heel belangrijk
Foto
als nationaal voorzitter van de federatie van gemeentesecretarissen, met mijn collega's van de andere federaties
Foto
In Teheran, een gesprek met de fotograaf van het bloedbad van Halabja (Irak). Het was op een tentoonstelling over het gebruik van chemische wapens in oorlogstijd.
Foto
Te Lehrte, tikken op de vriendschap met schepen Lignel, met een goeie Duitse pint !
Foto
Het hoeft niet altijd ernstig te zijn Met Jef Verschoore op vergadering in Eindhoven voor het Europees project CitizenFirst
Foto
Het woord voeren, dat doe ik wel graag. Ook de pen hanteren voor speechen voor anderen geeft mij een intellectueel genoegen
Foto
Kleinzoon Neas, op de moto, zoals zijn vader
Foto
In Astana (Kazachstan) met zicht op een futuristische stad
Foto
In Kaapstad (Zuid-Afrika) met het befaamde WB-stadion in de achtergrond
Foto
Vakantiekiekje op het Ile d'Aix: mijn drie kleinkinderen Milà, Hasse en Neas
De toekomst is aan de jeugd. Mijn kleinkinderen geven mij de moed om er nu nog eens voor te gaan !
 
Nog enkele dagen en het is zover: de gemeenteraadsverkiezingen staan voor de deur. Als de spanning stijgt is elke steun welkom, vooral als die komt van mensen, die zélf hun strepen hebben verdiend in de Ieperse gemeentelijke politiek. Ze weten waarover ze spreken en daarom zijn de woorden uit bijgaand filmpje zo belangrijk.

Uiteraard beveel ik jullie dit filmpje graag aan.en vraag ik u om dit te delen met uw fb-vrienden uit Ieper. Met hartelijke dank...
 
Volgende week zal Professor Herwig Reynaert opnieuw volop te zien
zijn op Focus-wtv. Hij is immers de expert van de lokale politiek aan de
universiteit van Gent en levert er altijd commentaar als het over
gemeenteraadsverkiezingen gaat. Toen ik nog nationaal voorzitter was van de gemeentesecretarissen hebben onze paden zich regelmatig gekruist, op studiedagen, congressen en infovergaderingen. Het klikte tussen ons. Het is dan ook vanzelfsprekend dat ik zijn expertise op prijs stel en als hij een zeldzame keer een interview toestaat –hij is een bescheiden West-Vlaming uit Torhout-dan
ben ik één en al aandacht. Hij zegt meestal heel zinnige dingen. Over de politiek bijvoorbeeld.

“De politiek blijft te veel de pispaal van alles en nog wat,” zuchtte hij in een interview voor de“Krant van West-Vlaanderen”, “Globaal gezien is de sfeer anti-politiek. Oké, er gebeuren in de politiek zeker dingen, die niet door de beugel kunnen, maar in één beweging wordt al het goede maar meteen onder de mat geveegd. De negatieve sfeer die sowieso bij de man in de straat rond de politiek hangt, wordt door de media nog aangezwengeld. Kranten, radio en televisie focussen vooral op conflicten, omdat zoiets nu eenmaal de aandacht van de mensen trekt. Plus: hoe haal je als politicus het gemakkelijkst de media ? Door een opmerkelijke, provocerende of zelfs choquerende uitspraak te
doen ! (…)Wie op een degelijke en genuanceerde manier de politiek bedrijft zonder daarbij gekke dingen te zeggen of te doen, maakt veel minder kans om zich te profileren. Wat uiteraard erg jammer is, maar er valt weinig tegen te beginnen. Onze maatschappij is nu eenmaal sensatiebelust”

 
De vinger op de wonde ! En toch wil ik –als ik de kans krijg- op een inhoudelijke manier aan politiek doen, zonder de foto’s te tellen, die elke week over mij zouden verschijnen, of de journalisten primeurtjes te geven om bij hen in het gevlei te komen.  Het gaat er hier om dat de Ieperlingen zich goed voelen in hun stad en dat Ieper op een verstandige en spaarzame manier wordt geleid. Dit komt inderdaad niet zo gemakkelijk in de krant. Maar ik hoop dat hierdoor het vertrouwen en het geloof in de politiek een beetje hersteld wordt. 

Want, en hier citeer ik opnieuw Professor Reynaert “nog te weinig mensen beseffen hoe belangrijk de politiek voor hun dagdagelijkse leven is. De politici leggen regels vast, stemmen wetten, bepalen voor een groot stuk hoe de samenleving functioneert. Niet bereid zijn om daar geld in te pompen, is onverstandig. Maar dan moet bij de publieke opinie het sterk negatieve beeld over de politiek verdwijnen. De politici kunnen daaraan bijdragen door minder te willen scoren met straffe uitspraken en door de media minder op te vrijen. Er valt helaas nog
een lange weg af te leggen”.
 

Ik ben graag bereid om een deel van die lange weg, samen met
andere mensen van goede wil, af te leggen.  

.
Foto
Professor Herwig Reynaert
 
Foto
Op onze persoonlijke facebookpagina staat een rubriek “activiteitlogboek”. Heb even gekeken wat ik volgens Big Brother van Facebook aan het doen ben… en hetgeen ik nu al dagen aan een stuk doe, dat staat er niet
bij. Ik ben namelijk volop aan het campagne voeren: folders in de bussen stoppen, mensen aanspreken, activiteiten bijwonen, … Voor één keer in mijn leven dat ik écht voor de politiek ga, wil ik het goed doen. 

Als ik mensen aanspreek en als ik debatavonden bijwoon, dan krijg
ik steeds meer het gevoel dat er nog veel te doen is, dat ons bestuur het de laatste jaren goed heeft gedaan, maar dat het volgende bestuur zeker niet met de vingers zal moeten draaien. Ik zie ook (soms al aan de kwaliteit van de brievenbussen reeds) dat ook in onze stad nog schrijnende toestanden bestaan, dat niet iedereen evenveel toegang heeft tot de “weldaden” van onze maatschappij …

Er zijn vele soorten bussen: bussen, die bovenaan opengaan en  bussen, die onderaan opengaan, bussen, die uitnodigen en bussen, die zich afsluiten, bussen die bijten en bussen, die niet meer werken, scheve bussen en piepende bussen, bussen in de vorm van een ton en andere in de vorm van een sprookjeshuis, bussen, die vol papier zitten en bussen, die onmiddellijk worden leeggehaald, bussen met een harige ingang en bussen met vrije toegang, bussen mooi in de muur gemetseld en bussen op een schamel staakje, … 
 
Campagne voeren is geconfronteerd worden met een symfonie van bussen. En achter iedere bus stel ik mij de mensen voor, die de bus komen ledigen. Ook hier een oneindige variatie: mensen, die het gemaakt hebben en
mensen, die miserie hebben gekend, mensen, die de politiek volgen en anderen, die politiek haten, mensen, die gezellig zijn en andere, die verbitterd zijn, linksen en rechtsen en averechtsen, dikke en dunne, grote en kleine, beroemde, beruchte en anonieme, … 

En voor al die mensen moet de politiek –ook op het lokale vlak- proberen antwoord te geven op hun vragen en behoeften, voor al die mensen moeten de verkozenen naar een leefbare en aangename stad streven. En als ik binnen enkele dagen zou verkozen worden, zal ik mij inzetten, voor al die mensen, die ik achter de brievenbussen vermoed, voor de mensen ook, die ik moc ontmoeten. Want
campagne voeren, dat is ook praten met de mensen. En dat doe ik graag. Zeker weten !


 

 
Ik mocht even de pauzeknop van de verkiezingscampagne indrukken. Met de “Vrienden van het In Flanders Fields Museum” ben ik vijf dagen mee geweest op hun Slagveldreis 2012. Elk jaar wordt een ander front uit de Eerste Wereldoorlog bezocht, wordt gezocht naar oorzaken en gevolgen van de  (meestal dramatische) gebeurtenissen van bijna 100 jaar terug, naar de politieke en geostrategische motieven, naar de geschiedenis van die kleine man in die grote oorlog. Met Piet Chielens als gids wordt oorlog een heel menselijk verhaal en wordt de haast hallucinante minachting van de grote beslissers voor een mensenleven onherroepelijk blootgelegd. 

Het werd een unieke ervaring, niet alleen omwille van de historische waarde, maar ook omdat een schitterende groep gelijkgestemde en geïnteresseerde mensen de reis hebben meegemaakt.  Oorlog trekt mensen uit elkaar, de herinnering eraan brengt mensen bijeen. 
 
Ditmaal ging de reis Italiëwaarts, naar het front van de Piave en
de Dolomieten. Vandaag is dit een fascinerende streek met hallucinant mooie uitzichten in de bergen. Voor wie er moest vechten in de oorlog was het een oord van verschrikkelijke ellende in de kou en de ontbering. Wie niet door vijandelijk vuur werd getroffen, legde er dikwijls door uitputting het bijltje bij neer. En steeds weer treft mij het gemak waarop politieke leiders en militaire bevelvoerders met mensenlevens omgaan. Zij sturen jonge militairen naar het front, ook wanneer er zo goed als geen kans is op overleven. En nadien tellen zij de kadavers, en hopen dat de vijand meer slachtoffers te verduren heeft. Op grote landkaarten tekenen zij strategische spelletjes uit, als bij Risk, maar dan in het echt. En de soldaten zijn de pionnen, die vallen bij duizenden.
  
Na de oorlog richten zij dan groteske en gigantische monumenten 
op –en in het Italië van Mussolini reikte de grootheidswaan echt tot de hemel- en vragen respect voor de doden. Maar hadden de leiders van toen meer respect voor het léven getoond, vooral het leven van hun eigen soldaten, dan waren die lelijke monumenten op de Monte Grappa, in Quero en Pederobba, nooit nodig geweest. 

Deze slagveldreis deed bij mij weer dezelfde vragen rijzen: is er dan werkelijk geen beter middel te bedenken om conflicten te beheersen dan die georganiseerde massamoorden op jonge mensen, van de ene kant en de andere kant van het front ? zijn er geen andere oplossingen mogelijk, wanneer onderhandelen niet meer baat ? is oorlog eigenlijk niet het duidelijkste exponent van het meest primitieve in de mens: het bewust uitmoorden van de andere mens, genoemd de “vijand”? 
 
Ik ben blij dat Ieper als Vredesstad deze thematiek op de voorgrond plaatst. Dit is misschien niet direct “gemeentelijke materie”, maar na hetgeen hier een centennium geleden is gebeurd, is en blijft het onze plicht om constant aan die waanzin van de oorlog te herinneren. Ook daarom zijn de dagelijkse Last Post en het In Flanders Fields Museum meer dan broodnodig.
Louis-Paul Boon zou zeggen: “om de mensen een geweten te
schoppen”.

.