Jan Victoor gaat met pensioen. Het klinkt onwennig en raar. Jan, onze cultuurfunctionaris, leek een man van alle tijden, ijzersterk en niet te plooien. Ik mocht veel met hem samenwerken, vroeger meer dan in de laatste jaren. De herinneringen borrelen op: aan ons eerste lang gesprek, -in "den Olifant" of all places- onze nachelijke conversaties in de Ieperse cafés, onze gemeenschappelijke dromen en plannen, onze uitstapjes met Walter naar Club Brugge, onze vakanties in de Provence, onze bewogen trips naar Armentières met de fameuze "Franse muntjes", ... "De twee Jans": het was in de tachtiger jaren een begrip in de Ieperse gelag- en andere zalen. We zouden de wereld veranderen. Het mlooie is: Jan hééft dat ook gedaan. HIj heeft cultureel Ieper wakker geschud. Zijn verdiensten zijn enorm. Zijn inzet zette onze stad op de culturele kaart en het was -op zijn afscheidsreceptie- mooi om horen hoe hij jaren geleden in contact kwam met Boogie Boy (de legendarische Paul Ambach) en hoe daaruit een vriendschap is gegroeid, die voor de stad erg vruchtbaar bleek. Zo had hij met vele artiesten, impresario's en concertorganisatoren een goed contact. Het had ook met vertrouwen te maken. Vriendschap is altijd erg belangrijk geweest voor Jan. Niet met grote verklaringen, maar met kleine gebaren, een oogopslag, een glimlach. Jan was zijn tijd vooruit. Een visionair mens, noemen ze dat. Hij was het, die als eerste de troeven van de Lakenhalle als centrum van cultureel leven onderkende. Hij was het, die met gebrekkige middelen grote dingen heeft gerealiseerd. Het ging niet zonder slag of stoot. Hij heeft veel gevloekt als hij weer eens tegen een muur van onbegrip op moest klimmen. En hij dronk soms een pint of twee om zijn frustraties af te werken. Maar telkens weer raapte hij zijn moed weer samen en deed verder. Telkens weer bracht hij zijn droom dichterbij. Het zal niet zo lang duren, vooraleer duidelijk wirdt -voor zover dat nu al niet het geval is- wat Jan voor deze stad heeft betekend. De lokale geschiedenisboeken zullen niet omheen zijn verdiensten kunnen kijken. Voor mij persoonlijk was hij -zelfs als we elkaar al lang niet meer gezien hadden- een vriend waar je graag mee babbelde. Tussen ons klikte het en het is alleen spijtig dat de laatste tijd het contact wat minder frequent was. Je kent dat wel: iedereen is met zijn eigen sores bezig en al maak je mooie voornemens, het komt er zo moeilijk van. Maar nu de dwang er niet meer is om naar het Perron te trekken, hoop ik dat we tijd hebben om 's weer de herinneringen aan vroeger op te halen, om 's samen te aperitieven, om Walter ne keer te gaan bezoeken (hij zou er deugd aan beleven)... Het is eigen aan het pensioen, Jan, dat plots hiervoor tijd vrijkomt. Maak er een mooie tijd van. Ja maat, de andere Jan. Eén week na de verkiezingen: de straten krijgen weer hun gewoon uitzicht, zonder lachende kandidaten aan de vensters, zonder flyerende fans, zonder overvolle brievenbussen… De tijd van nadenken is aangebroken. “Reflectie” heet dat met een duur woord. En ook de tijd van het analyseren van de uitslagen, de coalitievormingen en de soms bedenkelijke spelletjes van aantrekking en afstoting, de afrekeningen en het vereffenen van oude schulden, ...en ook de commentaarartikelen. In de Krant van West-Vlaanderen, blz. 18, heeft DS zelfs eventjes een bedenking geformuleerd over mijn eigen verkiezingsuitslag: “Het is ook vreemd dat iemand als Jan Breyne zijn functie van voormalig stadssecretaris niet nog meer kon verzilveren. Uiteraard is 807 voorkeurstemmen niet slecht voor een eerste deelname, maar met zijn voorgeschiedenis mocht het iets meer zijn. Het is dan ook misschien veelzeggend dat hij sedert 10 oktober niets meer geschreven heeft op zijn persoonlijke blog (www.janbreyne.be). Of zoeken wij weer spijkers op laag water ?” (einde citaat) Nee, beste DS –of mag ik Stefaan zeggen ?-, je zoekt geen spijkers op laag water, en je hebt gelijk: er is geen woord verschenen op mijn website sedert de aangehaalde datum. En het is waar dat ik eventjes heb moeten slikken met deze uitslag: enerzijds ben ik tevreden dat ik bij de verkozenen ben, anderzijds had ik na een intense campagne –niet alleen voor mezelf, maar alleszins voor degenen, die zich zwaar voor mij hebben ingezet- ietske meer verwacht. “The week after”heb ik dan ook gebruikt om even na te denken, alles op een rijtje te zetten, de kleinkinderen wat meer aandacht te geven, eens goed uit te waaien en mijn aloude hobby's weer wat intenser op te nemen, nl. in de natuur wandelen en boeken lezen. Ik ben trouwens aan een schitterend boek bezig: "Reizen zonder John" van Geert Mak. Een ongelooflijke kroniek van de Verenigde Staten, een absolute aanrader, maar dit terzijde Tokkelen op de computer was er voor één keer niet bij. Ik heb verleden week alles kunnen relativeren: tenslotte ben ik 807 stemmen vooruit gegaan en ben ik van de 28ste naar de 20steplaats op de lijst opgeklommen. Niet iedereen kan dergelijk rapport voorleggen. Als je ’t zo bekijkt is die uitslag nog zo slecht niet (jaja, in het relativeren ben ik altijd goed geweest) . En wat betekent mijn “kleine tegenslag” bij de grote slagen, die elders worden uitgevochten: de gore coalitiespelletjes in bv. Bilzen, Kortrijk, Wervik of Kruibeke, het verdriet van hij of zij, die gisteren nog triomfeerde en vandaag in zak en as zit, de gebroken eer van wie burgemeester was en binnenkort naar de oppositiebanken wordt verwezen ? Ik heb altijd gezegd dat ik een lloyale ploegspeler ben. Dan kan ik niet anders dan gelukkig zijn dat de ploeg, waarin ik speel, twee zetels gewonnen heeft en met een ruime volstrekte meerderheid onze stad in de volgende zes jaar door alle stormen, ook de meest woelige, zal loodsen. Er is een college in de maak, die goede dingen laat verhopen. Nieuwe raadsleden geven hun aandachtspunten in de krant en ze popelen allemaal om eraan te beginnen Ik ben er één van, fier en tevreden dat ik erbij mag zijn. En dan zullen wij de raad volgen uit de laatste alinea van de kroniek van mijn neef Pieter-Jan op dezelfde bladzijde in de Krant van West-Vlaanderen: “Wie er ook burgemeester wordt, beoordeel en veroordeel hem of haar op inhoud, op realisaties en resultaten, op verzilverde kansen en verkwanselde opportuniteiten”. Ik had het niet beter kunnen zeggen. Bedankt, beste Stefaan, door jou suggestie heb ik mijn blog weer met een artikeltje “verrijkt” en ik ben van plan om dit in de toekomst nog meer te doen. Maar gezien we niet meer in verkiezingsmodus zijn, zal dat misschien niet meer zo frequent gebeuren. Ik zal je wel verwittigen, beste vriend. D Day is in zicht ! Volgende zondag gaan we met zijn allen naar de stembus. Wie ernstig campagne heeft gevoerd zal een zucht slaken. Het was de eerste keer dat ik campagne voer, en ik heb er een bewondering aan overgehouden voor die kandidaten, die nu al voor de zoveelste keer in de arena treden. Telkens weer de batterijen opladen, het is niet aan iedereen gegeven. Ik heb al eens gezegd dat ik diegenen waardeer, die nog de moed hebben om zich in de politiek te wagen. De publieke waardering is soms ver te zoeken en voor de poen moet zo een kandidaat-gemeenteraadslid het ook al niet doen. Wie campagne voert riskeert geconfronteerd te worden met minachting, onverschilligheid en soms ook vijandigheid. En toch vriendelijk blijven, het is en blijft een kunst in de beheersing. Het is zo gemakkelijk om op de beleidsvoerders te fulmineren, om hautain te verkondigen dat het allemaal zakkenvullers zijn en om luid te oreren dat ze niét gaan stemmen. Ze vergeten dat zoveel onderdrukte volkeren in het verleden gevochten hebben om op een democraische wijze te mogen en te kunnen stemmen. Hier is dat een vanzelfsprekendheid, maar daarom niet minder waardevol: de mogelijkheid om te kiezen, om je stem te laten horen, is één van de voornaamste hoekstenen van onze democratie. Gebruik dat recht, waarde twijfelaars ! Ik wens alle kandidaten op alle lijsten dan ook veel succes toe, maar uiteraard het meest aan de kandidaten op de lijst waarop ook mijn naam staat. Zondag valt het verdict en ik hoop dat het resultaat voor allen de verwachtingen mag overtreffen. Ook voor mezelf vanzelfsprekend, op die 28ste plaats op de lijst. En volgende week ben ik niet meer nummer 28, maar gewoon weer... Jan. Heb je het ook gelezen ? In het krantje, dat de Ieperse fractie van het Vlaams Belang in de bussen heeft gestopt, word ik eventjes "opgevoerd" in een artikeltje met de titel "Verjonging en vernieuwing ?". Ik word wel niet bij naam genoemd, maar als men het heeft over de "gepensioneerde stadssecretaris" en broer van de "gepensioneerde gouverneur", dan zijn er niet te veel kandidaten op de lijst, die aan dat profiel voldoen. Ik wel dus. Je hoeft nu niet direct naar je vuilnisbak te lopen om dit stukje proza op te snorren en weer glad te strijken. Ik wil voor je de relevante passages wel citeren. Het was wel even slikken toen daar iets over mijn plaats op de lijst te lezen stond en nu citeer ik: "De gepensioneerde stadssecretaris (...) is kandidaat voor deze verkiezingen. Niet als lijstduwer of symboolkandidaat (...). Maar HOOG OP DE LIJST met uitgesproken ambitie...". Je leest het goed: Hoog op de lijst, zo staat het. Ik heb nog even de kartellijst geraadpleegd en waarempel: ik stond nog altijd op de 28ste plaats. Nu is 28 een respectabel getal, maar ook een getal dat het Vlaams Belang op zijn lijst zelfs niet haalt. Ze komt maar aan 25, maar dit terzijde. Ofwel heeft de schrijver van het artikel ongelukkigerwijze zijn lijstje ondersteboven gehouden en dan sta ik inderdaad hoog op de lijst. Ofwel heeft hij/zij wat gefoeterd met de waarheid om zijn punt te maken, namelijk bewijzen dat "verjonging en vernieuwing" bij de kartellijst loze begrippen zijn (quod non !). Als je over dergelijke zaken een punt wil maken, is het altijd goed om in het eigen hart te kijken, beste Belangers. Als je het woord "vernieuwing" uitspreekt, dan zou je best zélf het voorbeeld geven. Maar wie de vier eerste plaatsen van de VB-lijst bekijkt moet de vernieuwing ver zoeken. Zijn dit niet toevallig allevier de uittredende gemeenteraadsleden. Vernieuwing ? En ook als ze over "verjonging" praten, kunnen de mensen van het Belang eerst even in eigen huis verjongen. Ik heb er het rekenmachien bijgehaald (een oude gewoonte zeker, van één van mijn vroegere "leuke benoemingen" (sic)) en ik kwam tot de vaststelling dat de gemiddelde leeftijd bij de kartellijst 46,2 jaar is en bij het Belang 48,6 jaar. Geen zee van verschil, akkoord, maar dan toch voldoende om niet te veel de les te gaan spellen bij een ander, hé. De verjonging zal er bij het Blok waarschijnlijk komen van de vier kandidaten van boven dan 70 jaar, ongetwijfeld allevier respectabele mensen, maar niet bepaald de jeugd, die voor de aflossing zal zorgen. Kortom, het artikel rammelt aan alle kanten. Het weze wel duidelijk: ik heb inderdaad ambitie om er nog eens voluit voor te gaan. Maar ik laat het aan de kiezer om de weg te wijzen hoe hoog die ambitie mag reiken. Dat is toch de essentie van verkiezingen, nietwaar. Ambitie om iets voor je stad te doen is geen kwalijk ding, hé. Er zouden er meer moeten zijn, die nog de stap naar de politiek willen zetten, die zich nog willen inzetten voor de gemeenschap, waarin men leeft. Het aantal kandidaten op uw lijst, beste Vlaams Belang, bewijst dat het niet gemakkelijk is om voldoende mensen met inzet te vinden. Zullen we dan nog wat fulmineren op degenen, die wél de stap wagen. In je laatste zin vraag je je af: "Zal dat de man zijn, die voor de nieuwe inzichten zal zorgen". Mag ik je het volgende vertellen ? Juist 50 jaar geleden zat er in Rome een stokoude paus, van wie men zich vertwijfeld afvroeg of dat de man zou zijn die voor de nieuwe inzichten zou zorgen. Hij heeft het concilie bijeengeroepen en een frisse revolutie doorheen de kerk gejaagd. Hij werd de meest progressieve paus van de laatste 100 jaar. Zijn naam was Jan, Jan de 23ste. Ik heet ook Jan en ik sta op de 28ste plaats, onthou het goed: de 28ste plaats. En ik heb ambitie, inzet en de vaste wil om, als ik van de kiezer de kans krijg, voor nieuwe inzichten te zorgen. Ik hoop van u hetzelfde, beste Blokkers.
Op onze persoonlijke facebookpagina staat een rubriek “activiteitlogboek”. Heb even gekeken wat ik volgens Big Brother van Facebook aan het doen ben… en hetgeen ik nu al dagen aan een stuk doe, dat staat er niet bij. Ik ben namelijk volop aan het campagne voeren: folders in de bussen stoppen, mensen aanspreken, activiteiten bijwonen, … Voor één keer in mijn leven dat ik écht voor de politiek ga, wil ik het goed doen. Als ik mensen aanspreek en als ik debatavonden bijwoon, dan krijg ik steeds meer het gevoel dat er nog veel te doen is, dat ons bestuur het de laatste jaren goed heeft gedaan, maar dat het volgende bestuur zeker niet met de vingers zal moeten draaien. Ik zie ook (soms al aan de kwaliteit van de brievenbussen reeds) dat ook in onze stad nog schrijnende toestanden bestaan, dat niet iedereen evenveel toegang heeft tot de “weldaden” van onze maatschappij … Er zijn vele soorten bussen: bussen, die bovenaan opengaan en bussen, die onderaan opengaan, bussen, die uitnodigen en bussen, die zich afsluiten, bussen die bijten en bussen, die niet meer werken, scheve bussen en piepende bussen, bussen in de vorm van een ton en andere in de vorm van een sprookjeshuis, bussen, die vol papier zitten en bussen, die onmiddellijk worden leeggehaald, bussen met een harige ingang en bussen met vrije toegang, bussen mooi in de muur gemetseld en bussen op een schamel staakje, … Campagne voeren is geconfronteerd worden met een symfonie van bussen. En achter iedere bus stel ik mij de mensen voor, die de bus komen ledigen. Ook hier een oneindige variatie: mensen, die het gemaakt hebben en mensen, die miserie hebben gekend, mensen, die de politiek volgen en anderen, die politiek haten, mensen, die gezellig zijn en andere, die verbitterd zijn, linksen en rechtsen en averechtsen, dikke en dunne, grote en kleine, beroemde, beruchte en anonieme, … En voor al die mensen moet de politiek –ook op het lokale vlak- proberen antwoord te geven op hun vragen en behoeften, voor al die mensen moeten de verkozenen naar een leefbare en aangename stad streven. En als ik binnen enkele dagen zou verkozen worden, zal ik mij inzetten, voor al die mensen, die ik achter de brievenbussen vermoed, voor de mensen ook, die ik moc ontmoeten. Want campagne voeren, dat is ook praten met de mensen. En dat doe ik graag. Zeker weten !
|
Jan Breynegedreven, altijd bezig, graag bij de mensen, dienstbaar, rechtlijnig Archief
November 2012
Categorieën |